Kinderen fietsen niet goed genoeg. Omdat hun ouders hen liever naar school brengen, maken ze te weinig kilometers. Als ze eenmaal alleen moeten, krijgen ze vaker ongelukken, omdat ze onervaren zijn. Ouders laten hun kinderen niet graag op de fiets naar school gaan. Ze brengen hun kroost liever met de auto, bakfiets of achterop hun eigen fiets.
Ouders willen hun kinderen zo lang mogelijk beschermen. Toch is dat niet verstandig. Ze moeten vaak wél alleen op de fiets naar de middelbare school. De consequentie is dat jongeren vaker brokken maken; ze rijden tegen paaltjes, raken met het stuur van hun fietsmaatje verstrikt, botsen op een tegenligger of reageren minder alert op onverwachte verkeerssituaties.
Tieners maken verreweg de meeste kilometers. Jaarlijks rijden 12- tot 19-jarigen gemiddeld zo'n 2000 kilometer op hun tweewielers. Dat is twee keer zo veel als volwassenen. 12- en 13-jarigen belanden het vaakst in het ziekenhuis door een fietsongeval.
Net als met zwemmen of autorijden moeten kinderen genoeg kilometers maken om het fietsen onder de knie te krijgen. Juist daarom is het belangrijk dat ouders hun kroost al op jonge leeftijd zelf naar school laten fietsen. Sommige kinderen zeggen dat ze kunnen fietsen, maar redden alleen een rondje op het plein. Sterker, in Rotterdam-Zuid durven niet alle scholen meer uitstapjes te maken op de fiets, omdat sommige leerlingen helemaal niet kunnen fietsen. De fiets zit vooral bij allochtone gezinnen niet altijd in het systeem.
Vul een productnaam, merk of eigenschap in.